31 mei 2024

Koninklijke Stallen verzorgen show tijdens CHIO Rotterdam

Op vrijdagavond 21 juni en op zaterdagavond 22 juni verzorgen de Koninklijke Stallen een presentatie van de koninklijke rijtuigen met de koninklijke koetspaarden, compleet met prachtige galaharnachementen en fraai uitgedoste koetsiers en postiljons!

Het Koninklijk Staldepartement is door Koning Willem I in 1815 opgericht en is van oudsher belast met de zorg voor de voorbe­reiding en de uitvoering van al het vervoer van de leden van het Koninklijk Huis en de Hofhouding. Dat vervoer gebeurde vroeger alleen met paard en rijtuig; later zijn daar andere vervoermiddelen bij gekomen, zoals trein, auto en vliegtuig.

De rijtuigen van de Koninklijke Stallen

Van 1815 tot 1878 waren de Koninklijke Stallen verspreid over drie locaties in Den Haag. In 1878 werd het huidige gebouw aan de Hogewal betrokken als enige locatie. Naast de moderne vervoersmiddelen draagt het Koninklijk Staldepartement zorg voor 24 koets­paarden, 8 rijpaarden, 70 antieke en 12 moderne rijtuigen. Het oudste rijtuig is de Glazen Koets uit 1826. Daarnaast beschikt het Koninklijk Staldepartement over een prachtige collectie gala-harnache­menten (galatuigage).

De rijtuigen uit de Koninklijke Stallen worden nog zeer geregeld ingezet; niet alleen op Prinsjesdag, wanneer Hunne Majesteiten de Koning en Koningin en andere betrokken leden van het Koninklijk Huis en van de Hofhouding naar en van de Koninklijke Schouwburg (voorheen de Ridderzaal) worden gereden, maar ook op andere dagen.

Gemiddeld twee keer per maand worden bij de ceremonie “Aanbieden Geloofsbrieven” in Den Haag nieuw benoemde buitenlandse ambassadeurs per rijtuig naar Paleis Noordeinde gereden, waar zij de Koning hun geloofsbrieven aanbieden.

De paarden

Zowel de rij- als de koetspaarden van het Koninklijk Staldepartement zijn Nederlandse fokproducten en horen thuis bij het Koninklijk Warmbloed Paardenstamboek Nederland (KWPN), het Koninklijk Friesch Paarden Stamboek (KFPS) of het Groninger Stamboek (Gr.P.S.). De paarden worden meestal gekocht als zij vijf jaar oud zijn en verrichten dan -als ze gezond blijven- tot ongeveer hun twintigste jaar dienst.

Bron: CHIO Rotterdam