23 april 2018

Ontspanning en systematisch trainen terugkerend thema op Paard&Koets

Het programma van Paard&Koets stond bol van de clinics. Opvallend was dat bij alle clinicgevers het vooral ging over tijdig ontspannen en vasthouden aan het zelfde systeem in de training. Daarbij werd ook veel gelinkt naar de training van paarden onder het zadel.

Sven Tinlot met zijn Haflinger Kitty
Foto: Rinaldo de Craen

De Belgische ponymenner Sven Tinlot is met zijn Haflinger Kitty een uitblinker in dressuur. Hij traint bij Grand Prix amazone en instructeur Jenny Veenstra. Veenstra liet met Tinlot zien hoe je ook een pony die wat minder atletisch gebouwd is, soepel en licht maakt en perfect kunt laten schakelen en uitstrekken. ‘Je moet je paard niet in elkaar trekken,’ vertelde ze. ‘Juist de ontspanning is belangrijk, want dan gaat ie steeds meer op zijn eigen benen lopen en krijg je drang naar voren.’  Bijzonder was dat voor iedere gang en ook voor ieder tempo in die gang een ander stemcommando wordt gebruikt. Kitty wordt heel licht ingespannen, in de bovenste sleuf, die bij Sven’s bit in het gedeelte van de bril zat. ‘Dat is niet altijd zo geweest,’ lichtte Jenny toe. ‘Daar heeft Sven heel veel uren voor getraind, maar uiteindelijk als je consequent werkt met ontspanning na aanspanning en je niet teveel druk neemt krijg je dit voor elkaar.’

Jonge menpaarden

Die ontspanning kwam ook weer terug in de clinic van Bettina Winkler. Deze Duitse menster is gespecialiseerd in het fokken en opleiden van jonge menpaarden. Ze vertelde over de opbouw van de training en hoe in Duitsland de proeven voor jonge paarden zijn opgebouwd. ‘Zeker als je iets moeilijks doet, moet je direct weer ontspannen,’ was haar boodschap. ‘Ik doe dat meestal door de leidsels uit mijn handen te laten kauwen en het paard aan een lange teugel op zijn eigen benen te laten stappen.’ De stap is volgens Bettina de moeilijkste gang. ‘Ik heb het geluk dat ik buiten heuvel op en heuvel af kan rijden en zo verbeter ik de stap.’ Omdat de stap zo moeilijk is, begint Bettina altijd in draf. Ook zij heeft voor alle gangen een stemhulp, die ze consequent toepast. ‘Je begint met een voorbereidend commando en een halve ophouding en zegt direct daarna wat je vraagt,’ legde ze uit. ‘Een goede opbouw is belangrijk en je moet niet te vroeg beginnen met moeilijke zaken zoals verzamelen.’ Het galopperen voor de wagen leert ze de paarden eerst aan de longe en dubbellonge, waarna ze op hetzelfde stemcommando voor de menwagen eenvoudig kunnen aangalopperen. Evenals bij de Haflinger van Tinlot worden ook Bettina’s paarden onder het zadel gereden.


Bettina Winkler toonde o.a. de proef voor 7-jarige menpaarden
Foto: Rinaldo de Craen

Dressuurclinics

Dat onder het zadel rijden kwam ook weer terug in de verschillende clinics van onder andere Imke Schellekens-Bartels, Tineke Bartels en Mischa Koot, waar ook de nadruk lag op ontspannen na een halve ophouding en het na een zware oefening belonen van het paard door het stappen aan een lange teugel. ‘Je moet eerst even tegenhouden zónder te trekken,’ legde Imke uit. En als je dan reactie hebt meteen ontspannen, zonder de boel los te gooien.’


Tineke Bartels was één van de clinicgevers onder het zadel
Foto: Rinaldo de Craen

Souplesse en stretchen

Balans en ontspanning was ook waar Peter Tischer op hamerde in zijn clinic, waar dochter Marie Tischer reed. Tischer heeft zich na zijn periode als Bundestrainer van de Duitse ponymenners geconcentreerd op zijn eigen Paardensportcentrum in Neu Isenburg en is actief als trainer en instructeur in binnen- en buitenland. ‘In alles wat je doet moet je het paard oprekken om voldoende souplesse te krijgen’, zei hij. Ook in de galop laten wij het paard de hals strekken en laten we hem in een lange lijn zich stretchen.’ Marie toonde dat haar paard zeer losgelaten en ontspannen was. ‘Het begint met balans en ontspanning en vervolgens ga je werken aan buiging en souplesse’, aldus Tischer. Marie liet ook zien hoe haar paard volledig ontspannen, zonder enige druk in de galop een vliegende wissel sprong. ‘Dat doen we eigenlijk als training voor de marathonhindernissen. Maar niet te vaak’, waarschuwde hij. ‘want in de dressuurproef wordt deze oefening niet gevraagd.’