12 februari 2021

VDB Stables: Africhten en beleren door paarden te begrijpen

In het Brabantse Someren worden bij VDB Stables heel wat paarden beleerd voor de koets, afgericht en (door)getraind. Behalve de paarden van klanten spelen ook hun eigen paarden Frankie en Max een belangrijke rol voor Berry en Claudia van den Bosch. Eén van hun klanten zei ooit: ‘Berry denkt als een paard.’ En als je met Berry over paarden praat, snap je wat die klant bedoelt.

Berry met Frankie
Foto: Arnd Bronkhorst

Moeilijke of lastige paarden zijn er volgens Berry eigenlijk niet. ‘Veel mensen vergeten waarom een paard op een bepaalde manier reageert als ze iets van een paard vragen. Voordat je echt volop in training gaat, of een paard voor het eerst voor de wagen zet, moet je proberen het paard te lezen.’ Hoe je dat doet? Berry legt uit: ‘Naarmate je meer met een paard omgaat, kun je hem gaan analyseren. Waarom reageert hij op een bepaalde manier? Hij kan wantrouwend zijn, of misschien niet snappen wat er gevraagd wordt. Dat moet je dus uitleggen.’ Berry illustreert het met een simpel voorbeeld. ‘Kijk als je een jong, of onervaren paard wilt pakken en hij komt niet uit zichzelf, hebben de meeste mensen de neiging om er maar gelijk naar toe te lopen en hem te pakken. Dan begin je eigenlijk gelijk met een gevecht. Neem je tijd voor zo iets. Je wint er veel meer mee door even te wachten tot hij nieuwsgierig wordt en uit zichzelf naar jou toekomt. Uiteindelijk doe je het samen. Dan zeg je dus eigenlijk tegen je paard: kom, we gaan samen spelen. Of later: kom we gaan lekker samen sporten.’

Begeleiding van klanten

Voor zijn eigen sportbeoefening heeft Berry in de loop der jaren een sterke voorkeur voor dressuurpaarden gekregen. Daarmee kun je volgens hem uiteindelijk een maximale prestatie leveren. Maar het maakt hem niks uit waar zijn klanten mee komen. ‘Ik ga altijd aan de slag met het paarden- of ponymateriaal dat de mensen hebben. Iemand heeft immers vaak na een zoektocht een paard gevonden en ik wil mijn klanten dan ook helpen om daar het maximale uit te halen. Het gaat er niet om of ik met dat paard wil rijden, maar dat diegene er mee kan doen waar hij of zij het paard voor heeft gekocht. Ik zou nu echt niets liever meer willen dan dit werk; mensen daarmee helpen. In de africhting en door ze les te geven.’

Slaan is niet gevaarlijk

Veel mensen vinden het vluchtgedrag van een paard gevaarlijk. Maar dat is een natuurlijke reactie volgens Berry. ‘Een paard dat slaat is niet per definitie stout. Het is zijn natuurlijke ingeving om zo te reageren. Gevaarlijke paarden bestaan eigenlijk niet. Een paard kan slaan of vluchten omdat hij bang is. En dat komt omdat hij niet snapt wat we willen. Óf hij heeft een slechte ervaring uit het verleden. Een paard heeft altijd een reden voor zijn gedrag. Hij snapt het niet, of er is lichamelijk iets aan de hand waardoor hij het (nog) niet aankan wat je op dat moment van hem vraagt. Waar een paard aan toe is, heeft niets met leeftijd te maken. Je moet bijvoorbeeld niet denken, hij is nu 5 jaar oud, dus hij moet een marathonnetje kunnen lopen. Nee, dat kan niet eerder dan dat hij dat lichamelijk én mentaal aankan.’ Maar wat is dan het beste systeem? ‘Het systeem bepaal je op basis van wat het paard aangeeft. Met elke kleine verbetering moet je blij zijn en ik kan daar echt van genieten.’

Frankie en Max

Het is vaak zo dat de betere paarden wat moeilijker zijn in de africhting. Voor hun eigen wedstrijdsportbeoefening zijn Berry en Claudia overgegaan op dressuurpaarden. Ze brengen de elfjarige Frankie (Jazz x Krack C) inmiddels twee jaar uit in de klasse Z en ze zijn bezig met het opleiden van de vierjarige Max, die afstamt van Toto jr. Deze paarden hebben nou niet de meest voor hand liggende bloedlijnen voor het mennen. ‘Met Frankie hebben we veel geduld moeten hebben’, vertelt Berry. ‘Hij kon van jongs af aan heel goed lopen, maar was eigenlijk altijd te gehaast met zijn achterbeen. Hij nam altijd zelf het initiatief en heeft dus moeten leren dat hij moet wachten tot hij de opdracht krijgt.’ Bij Max is het allemaal andersom. Met beleren ging het allemaal probleemloos, maar ook hij verloochent zijn dressuurbloed niet. ‘Max lijkt heel nuchter. Als hij soms iets niet begrijpt, pakt hij het bit en gaat dan zijn eigen ding doen. Het bijzondere aan Max is dat hij pas kijkerig wordt op het moment dat hij wil meewerken. Dan wordt hij spits. Hoe meer hij zich gaat zetten, hoe kwetsbaarder hij zich voelt.’

Word een team

Volgens Berry zijn hete paarden dus wel degelijk geschikt voor de sport. Hij houdt van dressuurpaarden, maar liefhebbers van hoog in het bloed staande types als Hackneys kiezen daar ook vaak bewust voor en lopen tegen dezelfde moeilijkheden aan. ‘Niet iedereen kan met hete dressuurpaarden overweg en je moet ervaring hebben’, vindt hij. ‘Als je dit type paarden begrijpt en ze snappen jou, gaan ze alles voor je doen. Ze geven altijd het maximale en zijn een ‘bommetje’ dat te beheersen is. Het is daarbij heel belangrijk dat je het vertrouwen dat ze in je hebben niet beschaamt.’ In de weg naar de wedstrijdsport toe is het volgens Berry belangrijk dat je geen tijdsdruk hebt. ‘Je moet een team worden en dat duurt lang. En van die weg daar naar toe moet je genieten. Ik vind dat het mooiste aan mijn vak.’


Er was veel geduld nodig bij het opleiden van Frankie
Foto: Privécollectie

Auteursrechten voorbehouden. Overname zonder bronvermelding en toestemming via info@hoefnet.nl niet toegestaan.